Koplampen met dagrijverlichting, stadslicht en grootlicht, wat is nu eigenlijk het verschil ertussen? Er bestaan allerlei soorten verlichting, maar wanneer gebruik je nu welk licht? En wanneer gebruik je het juist niet? Wij hebben het allemaal voor je op een rijtje gezet!
Soorten koplampen en hun regels
We leggen graag de vijf meest voorkomende verlichtingen voor je koplampen, en de regels wanneer welke te gebruiken, een voor een voor je uit!
Dagrijverlichting
Iedere auto die na 2010 op de markt is gekomen, bijvoorbeeld Audi, BMW, Volvo, Mercedes, Renault, Toyota of Nissan, heeft dagrijverlichting of Day Running Lights (DRL). Het is led-verlichting waardoor het voeren van de verlichting overdag geen effect heeft op het verbruik. Dit type verlichting is bedoeld om auto’s overdag beter zichtbaar te maken.
Dagrijverlichting verplicht
De huidige wet schrijft voor dat dagrijverlichting verplicht is. Het gaat hier alleen over de koplampen, de achterlichten zijn niet verplicht om ook automatisch aan te gaan. Wanneer de achterlichten niet automatisch aangaan, moet er een signalering aanwezig zijn zodat de bestuurder erop wordt geattendeerd dat de achterlichten niet branden.
Dimlicht
In tegenstelling tot dagrijverlichting, waar je alleen beter zichtbaar bent voor andere weggebruikers, zorgt dimlicht ervoor dat je ook beter zicht hebt op de weg. Dimlicht is de verlichting die je minimaal moet voeren wanneer het donker is. Overdag doe je alleen de dimlichten aan wanneer het zicht wordt belemmerd door bijvoorbeeld mist, hagel, regen of sneeuw. Bij ingeschakeld dimlicht branden zowel de koplampen, de achterlichten als de kentekenverlichting.
Als je verlichting niet goed werkt, bijvoorbeeld een defecte koplamp, kan je hiervoor worden aangehouden. Je riskeert dan een bekeuring. Het boetebedrag hangt af van de kapotte lamp en waar je aan de kant wordt gezet; binnen of buiten de bebouwde kom.
Stadslicht
Stadslicht, of standlicht of parkeerlicht, is bedoeld om een geparkeerd voertuig zichtbaar te maken. Dit is verplicht wanneer je ‘s nachts of bij slecht zicht buiten de bebouwde kom of op de rijbaan parkeert. Alleen de achterlichten, de kentekenplaatverlichting en twee kleine lampjes aan de voorkant branden. De lampen aan de voorkant maken het voertuig zichtbaar, deze verlichten niet het weggedeelte voor de auto.
Wanneer verlichting verplicht is, mag je niet alleen stadslicht voeren. In die gevallen moet minimaal ook het dimlicht zijn ingeschakeld.
Grootlicht
Het grootlicht zorgt voor maximale verlichting van de weg voor de auto. Wanneer het grootlicht aanstaat, geven ze een bredere en sterkere lichtbundel dan dimlicht. Hierdoor is deze vaak verblindend. Om deze reden mag je grootlicht alleen ‘s nachts aanzetten, wanneer er geen tegenliggers zijn en wanneer je niet in stedelijke gebieden rijdt.
Mistlicht
Een mistlicht is verlichting op een voertuig dat wordt gebruikt om de zichtbaarheid te vergroten tijdens mistige omstandigheden. Het wordt aanbevolen om mistlichten te gebruiken wanneer de zichtbaarheid door mist, regen of sneeuw is verminderd. Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat mistlichten alleen worden gebruikt wanneer ze nodig zijn, omdat ze andere bestuurders kunnen afleiden wanneer deze onnodig worden gebruikt. Het onterecht gebruik kan ervan leiden tot een boete.
Goed om te onthouden is dat mistlichten alleen mogen worden gebruikt als extra verlichting en niet als vervanging van de normale verlichting van het voertuig. Als je mistlichten gebruikt terwijl je andere verlichting niet hebt aangezet, kan dit ook leiden tot een boete. Zorg ervoor dat je altijd de juiste verlichting gebruikt en dat je de verlichting van je voertuig op de juiste manier gebruikt om ervoor te zorgen dat je op een veilige manier kunt rijden en om problemen met de wet te voorkomen.