In Scandinavië is het al sinds de jaren ’70 de regel, in Duitsland wordt het automobilisten sinds 2005 aanbevolen: Rijden met de lichten aan – ook overdag. Tal van studies tonen aan dat rijden met dagrijverlichting veel veiliger is. Een auto met verlichting aan wordt namelijk eerder en beter door andere weggebruikers gezien.
Het rijden met dagrijverlichting gaat dus niet over beter zicht voor de bestuurder maar om het gezien worden door andere weggebruikers. Studies tonen aan dat 50 procent van alle ongevallen en 80 procent van alle botsingen op kruispunten die overdag gebeuren, te maken hebben met de zichtbaarheid van de weggebruikers. Met andere woorden, veel ongelukken gebeuren omdat weggebruikers elkaar te laat of zelfs helemaal niet zien. Volgens een EU studie kunnen in heel Europa meer dan twee miljoen ongevallen per jaar voorkomen worden als verlichting overdag overal verplicht zou zijn. In keiharde cijfers betekent dat 155.000 minder gewonden en 5.500 minder verkeersdoden per jaar.
Voordelen van dagrijlichten in één oogopslag
Ook uit Duits onderzoek in 2005 bleken de voordelen van dagrijverlichting. Het onderzoek sprak van “een duurzame verbetering van de veiligheid op de weg” en pleitte daarom voor de verplichting ervan. Ook volgens dit onderzoek helpt dagrijlicht het aantal ongevallen te verminderen en levert het een belangrijke bijdrage aan de verkeersveiligheid.
Voertuigen met verlichting zijn veel eerder en gemakkelijker te zien dan auto’s zonder licht – vooral in minder goede lichtomstandigheden, bijvoorbeeld, in donkere steegjes, op boomrijke wegen en op boswegen en vooral als de zon laag staat.
- Dagrijlicht verkort de reactietijd en kan daarmee volgens het bovengenoemde EU-onderzoek 58% van de ongevallen met zwaargewonden voorkomen.
- Automobilisten kunnen afstanden van tegenliggers beter in te schatten als deze in verlichte auto’s rijden.
- Door verlichting is het verschil tussen stilstaande, rijdende en afslaande voertuigen beter te herkennen.
Dagrijverlichting verplicht op nieuwe auto’s
Dagrijverlichting redt levens, dat zegt de Europese Commissie. Sinds 2011 moeten daarom alle nieuwe automodellen en bestelauto’s ermee uitgerust zijn. Sinds augustus 2012 geldt deze verplichting ook voor vrachtwagens en bussen. Sinds 2015 is het verplicht dat niet alleen de koplampen automatisch aangaan maar ook de achterlichten. Deze maatregel komt voort uit de gevaarlijke situatie die kan ontstaan als een bestuurder bij verslechterde weersomstandigheden of na zonsondergang vergeet om handmatig over te schakelen van dagrijverlichting (alleen voor) naar gewoon licht (voor en achter).
De Duitse verlichtingsindustrie heeft in de afgelopen jaren innovatieve en zuinige lampen en LED-oplossingen voor de dagrijverlichting ontwikkeld. Zo kunnen ook bestuurders van oudere auto’s profiteren van deze extra veiligheid: voor de montage achteraf zijn er tal van universele sets verkrijgbaar die voldoen aan alle wettelijke eisen.
Achteraf montage van dagrijverlichting
Sinds 7 februari 2011 moeten alle nieuwe auto’s in de Europese Unie uitgerust zijn met dagrijverlichting. In ongeveer twintig EU-landen zijn bestuurders al verplicht om de verlichting overdag aan te hebben staan. Immers rijden met lichten aan verhoogt bewezen de veiligheid. Bovendien vermijdt de bestuurder wettelijke aansprakelijkheid in het geval van een ongeluk.
Dankzij innovatieve en spaarzame lampen die speciaal voor dagrijverlichting ontwikkeld werden en universele sets kunnen ook bestuurders van oudere auto’s van deze extra veiligheid profiteren.
Dagrijverlichting (Engels: Daytime running lights, DRL) wordt over het algemeen in twee varianten uitgevoerd:
- speciale dagrijverlichting
- automatisch inschakelen van de koplampen bij het starten van het voertuig
Rijden met speciale dagrijverlichting
Het achteraf inbouwen van dagrijverlichting is een verstandige investering. Niet alleen voor de veiligheid, maar ook voor uw portemonnee. Dagrijverlichting is uitgerust met energiezuinige lampen die minder licht geven dan dimlicht – en dus zuiniger zijn – maar vier keer meer licht geven dan parkeerverlichting. Ze zijn over het algemeen alleen naar voren gericht. Het voertuig is hierdoor zeer goed zichtbaar voor andere weggebruikers. De weg wordt echter niet verlicht.
Voor dagrijverlichting geldt: dagrijlichten mogen uitsluitend apart van alle andere verlichting gebruikt worden, dus niet in combinatie met bijvoorbeeld de dimlichten of andere verlichting. Als de auto gestart wordt, schakelt de dagrijverlichting automatisch in; worden de dimlichten aangezet, schakelen de dagrijlichten automatisch uit.
Dagrijverlichting is uitgevoerd met:
- speciale gloeilampen met een langere levensduur van tot 4000 uur of
- witte LED’s met een levensduur van ongeveer 10.000 uur.
Het maximale energieverbruik van deze oplossingen ligt tussen 10 en 42 watt voor beide varianten. Het extra brandstofverbruik is dus nauwelijks meetbaar.
Rijden met automatisch verlichte koplampen
Als alternatief voor speciale dagrijverlichting kunnen ook de koplampen ingezet worden. Deze worden dan zo geschakeld dat zodra de bestuurder de auto start, de koplampen met verminderde lichtintensiteit ingeschakeld worden. Afhankelijk van de technische uitvoering, kunnen dat alleen de koplampen zijn of alle lichten van de auto inclusieve de achterlichten, de kentekenplaatverlichting en dashboardverlichting. Deze laatste optie heeft de voorkeur i.v.m. nog meer verkeersveiligheid. In dat geval kan de lichtintensiteit – in tegenstelling tot speciale dagrijverlichting – niet worden gedimd tot de wettelijke limiet. De lichtintensiteit mag dan alleen binnen de nauwe toleranties aangepast worden die voor dimlicht gelden.
Dagrijverlichting d.m.v. de dimlichten bestaat in de volgende varianten:
- Halogeenlampen in een speciale uitvoering met verlengde levensduur die de verandering van de intervallen van de lampen kunnen waarborgen
- Xenonlampen met geoptimaliseerd design voor het gebruik als dagrijlichten
soms worden zelfs al LED-lampen ingezet
Door het gebruik van de dimlichten i.p.v. speciale dagrijlichten liggen de brandstofkosten bij deze variant iets hoger, tussen 0,1 en 0,2 liter brandstof per 100 km. Echter het rijden met open zijramen of met een dakdrager kost duidelijk meer brandstof. Laat staan de kosten door een ongeval met blikschade of erger. Deze kosten liggen nog vele malen hoger.
ECE richtlijn voor dagrijverlichting
Autolichten zijn belangrijke onderdelen voor de verkeersveiligheid. Daarom moeten ze worden getest volgens de voorschriften van de Economische Commissie voor Europa (ECE). Bij het installeren van dagrijverlichting zijn de specifieke eisen van de ECE R87-richtlijn van toepassing*:
Waar moeten de dagrijlampen gemonteerd worden: voorzijde van het voertuig
Aantal lampen: 2
Grootte van het lichtdoorlatende gedeelte: tussen 25 cm2 tot 200 cm2
Lichtkleur: wit
Lichtintensiteit van elke lamp: ten minste 400 candela
Afstand van de grond: niet minder dan 250 mm, maximaal 1500 mm
Afstand tussen lampen: ten minste 600 mm
De afstand tussen de buitenkant van het voertuig en het midden van de dagrijlampen: maximaal 400 mm
* (Met ingang van juni 2007)
Verplichte verlichting in EU-landen
De Europese Commissie heeft besloten dat sinds 2011 alle nieuwe voertuigen in de Europese Unie voorzien moeten zijn van dagrijverlichting. Daarnaast is het rijden met verlichting aan overdag verplicht in veel Europese landen. Wie zonder verlichting de weg op gaat, kan op een boete rekenen.
Een overzicht*
Dagrijverlichting is:
- het hele jaar door verplicht in:
Denemarken, Estland, Finland, IJsland, Italië, Kroatië, Letland, Macedonië, Noorwegen, Polen, Zweden, Slovenië, Tsjechië, Hongarije, Bosnië en Herzegovina. - verplicht in de wintermaanden in:
Litouwen (1 november – 1 maart), Slowakije (15 oktober – 15 maart). - aanbevolen in:
Duitsland, Frankrijk, Zwitserland - beperkt verplicht in:
Portugal – gewoon op de snelweg IP5 van Vilar Formoso naar Aveiro - verboden in:
Griekenland (in de stad)
Goed om te weten: In sommige landen moeten chauffeurs extra lampen hebben. Dit geldt voor Bosnië-Herzegovina, Kroatië, Macedonië, Slovenië, Spanje en Tsjechië.
* (stand 2007, geen garantie voor de volledigheid en juistheid)
Parkeerverlichting i.p.v. dagrijverlichting?
Parkeerverlichting is ervoor bedoeld om een geparkeerde auto in het donker te kunnen zien. Deze verlichting is echter veel zwakker dan dagrijverlichting en voldoet dan ook niet aan de veiligheidsaspecten hiervan. Om over dag bij omgevingslicht goed zichtbaar te zijn voor andere weggebruikers is namelijk een bepaalde lichtintensiteit nodig. Deze intensiteit levert alleen nog het dimlicht waardoor de dimlichten de enige alternatieve op de auto zijn voor dagrijverlichting.
Ook mistlampen of andere verlichting op de auto zijn geen alternatief! Bijna overal in de EU is het rijden met ingeschakelde mistlampen overdag namelijk verboden tenzij er dichte mist heerst.
Conclusie
Het overdag rijden met lichten aan is in Scandinavië al sinds de jaren 70 verplicht. In de afgelopen jaren is de dagrijverlichting ook elders in Europa steeds meer in de belangstelling gekomen. Sinds 2005 wordt het in Duitsland aanbevolen om met licht aan te rijden. Vele andere Europese landen hebben het inmiddels zelfs verplicht gesteld – al dan niet tijdens de wintermaanden.
Dagrijverlichting heeft NIET de functie om de weg te verlichten. Veel meer gaat het daarom dat de auto goed te zien is voor andere verkeersdeelnemers en goed te onderscheiden valt van geparkeerde auto’s. Daarom worden sinds 2007 alle nieuwe auto’s in de EU voorzien van dagrijverlichting. In eerste instantie ging het daarbij alleen om de koplampen, die automatisch verlicht werden zodra de auto gestart werd. Sinds 2015 moeten bij nieuwe auto’s naast de koplampen ook de achterlichten automatisch aangaan. Dit verhoogt de veiligheid verder.
Uit diverse studies blijkt dat dagrijverlichting de veiligheid op de wegen sterk verbetert. In de hele EU zouden zelfs zo’n 2 miljoen auto-ongelukken per jaar voorkomen kunnen worden als iedere bestuurder in een goed verlicht voertuig zou rijden.
Dagrijverlichting maakt gebruik van extra energiezuinige lampen met een extra lange levensduur. Maar ook auto’s zonder ingebouwde dagrijlampen kunnen van deze extra veiligheid profiteren. Er zijn inmiddels verschillende universele sets verkrijgbaar om deze achteraf te monteren.
Het enige alternatief voor dagrijverlichting zijn de dimlichten. Parkeerlicht, mistlamp of andere verlichting op de auto voldoet niet aan de eisen. Gedeeltelijk omdat de lichtnintensiteit te laag is om aan de strenge eisen te voldoen. Soms ook omdat het simpelweg verboden is om bepaald licht zoals mistlampen te gebruiken anders dan in de daarvoor voorgeschreven omstandigheden.